Oudste bewijs van plantenteelt in Oost-Afrika ontdekt: baanbrekend onderzoek onthult nieuwe inzichten
AmsterdamEen nieuwe studie onthult het oudste bewijs van plantenlandbouw in Oost-Afrika. Onderzoekers van de Washington University in St. Louis en de University of Pittsburgh ontdekten oude plantenresten in Kenia. Deze vondst helpt ons het landbouwverleden in deze regio beter te begrijpen. De resten werden gevonden op de locatie Kakapel Rockshelter, nabij het Victoriameer.
Belangrijke bevindingen zijn onder andere:
- Bewijs van gedomesticeerde niébé vanaf 2.300 jaar geleden
- Sorghum dat minstens 1.000 jaar oud is
- Honderden vingergierstzaden die minstens 1.000 jaar oud zijn
- Ongebruikelijke verbrande, intacte veldessert (Pisum)
Onderzoekers ontdekten deze bevindingen met geavanceerde graafmethoden. Natalie Mueller van de Washington University scheidde plantendelen van puin met een proces dat flotatie heet. Deze methode is moeilijk uitvoerbaar in gebieden met weinig water, waardoor het in Oost-Afrika weinig wordt gebruikt. Het team voerde koolstofdatering uit op verbrande zaden om hun ouderdom te bepalen.
Cowpea is een belangrijk gewas. Het werd waarschijnlijk geïntroduceerd door Bantoe-sprekende mensen die vanuit Centraal-Afrika verhuisden. Oorspronkelijk komt cowpea uit West-Afrika. Dit onderzoek levert het vroegste bewijs van landbouw in Oost-Afrika.
De Kakapel-site is al meer dan 9.000 jaar door mensen bewoond en staat bekend om zijn rotstekeningen. Het is een nationaal monument in Kenia. Door de eeuwen heen hebben diverse gemeenschappen er gewoond en verschillende landbouwmethoden toegepast. Onderzoekers denken dat Afrikaanse landbouw zich goed aanpaste aan lokale omstandigheden. Dit staat haaks op moderne opvattingen over Afrikaanse landbouw.
Uit onderzoek blijkt dat in Oost-Afrika tijdens de IJzertijd een erwt groeide die ofwel de gewone erwt of de Abyssinische erwt uit Ethiopië kan zijn geweest. Dit is het enige bewijs van erwten uit die periode in deze regio. Meer onderzoek is nodig om veel plantresten te identificeren. Wetenschappers in Kenia, Tanzania en Oeganda hebben geen goede referentieverzamelingen van lokale planten. Mueller werkt aan de opbouw van een vergelijkende verzameling van Tanzaniaanse planten.
Dit onderzoek is van groot belang voor vakgebieden zoals historische taalkunde, plantkunde, genetica en Afrikaanse geschiedenis. Het laat zien hoe lokale herders en nieuwe boeren met elkaar omgingen. Emmanuel Ndiema van de National Museums of Kenya is enthousiast om meer te leren over het landbouwverleden van Kenia. Hij denkt dat deze kennis kan bijdragen aan toekomstige voedselzekerheid en milieuduurzaamheid.
Ontdekkingen laten zien dat Afrikaanse gemeenschappen vóór de Europese kolonisatie lokale besluitvorming gebruikten om voedselzekerheid te waarborgen, en dit is vandaag de dag in veel gebieden nog steeds zo. Natalie Mueller zet haar onderzoek voort naar wilde planten uit de oudste delen van de Kakapel-locatie, wat waardevolle inzichten biedt in het dieet van mensen vóór de komst van landbouw in de regio.
Dit onderzoek onthult een gevarieerde geschiedenis van verschillende flexibele landbouwmethoden in Oost-Afrika, wat ons begrip van het begin van de landbouw op het continent verandert.
De studie is hier gepubliceerd:
http://dx.doi.org/10.1098/rspb.2023.2747en de officiële citatie - inclusief auteurs en tijdschrift - is
Steven T. Goldstein, Natalie G. Mueller, Anneke Janzen, Christine Ogola, Rita Dal Martello, Ricardo Fernandes, Sophia Li, Victor Iminjili, Sara Juengst, Anthony Odera Otwani, Elizabeth A. Sawchuk, Ke Wang, Emmanuel Ndiema, Nicole Boivin. Early agriculture and crop transitions at Kakapel Rockshelter in the Lake Victoria region of eastern Africa. Proceedings of the Royal Society B: Biological Sciences, 2024; 291 (2026) DOI: 10.1098/rspb.2023.2747Vandaag · 04:08
Fruitvliegjes stilgezet: rood licht stopt navigatie
Gisteren · 20:14
Planten als biofabrieken voor energierijke supplementen
Deel dit artikel