Ontdekking van snelle gezichtsherkenning in het brein van primaten door NIH-wetenschappers

AmsterdamWetenschappers van het NIH hebben een nieuw hersencircuit bij primaten ontdekt dat helpt gezichten snel te herkennen. Deze ontdekking kan ons helpen beter te begrijpen hoe we gezichten herkennen en inzicht bieden in aandoeningen zoals autisme die de gezichtsherkenning beïnvloeden. Het superior colliculus, een ouder deel van de hersenen, begint dit proces door gezichten in ons zijzicht op te merken en onze ogen en hoofd ernaar toe te leiden. Hierdoor kan de temporale cortex de gezichten vervolgens gedetailleerder identificeren.

Uit het onderzoek blijkt:

• Het superieure colliculus herkent gezichten binnen 40 milliseconden.
• Gezichten worden sneller waargenomen dan andere objecten zoals handen of fruit.
• Deze herkenning is afhankelijk van input vanuit de visuele cortex.
• Deze schakeling kan verklaren hoe de "gezichtsgebieden" van de hersenen zich ontwikkelen.

Bij de geboorte kunnen baby's geen fijne details zien die nodig zijn om gezichten te herkennen. Toch kunnen ze naar gezichten kijken. Dit suggereert dat er een ander proces aan de gang is voordat duidelijk zicht zich ontwikkelt. De superior colliculus, een deel van de middenhersenen, kan hierbij een rol spelen. Het detecteert objecten zonder ze te identificeren en stuurt vervolgens oogbewegingen naar interessante objecten of weg van gevaar.

Volwassen primaten hebben delen van hun hersenen die gezichten kunnen herkennen. Deze delen, bekend als "gezichtsplekken," stellen hen in staat personen te identificeren aan de hand van hun gelaatstrekken. Om een gezicht te kunnen herkennen, moeten ze echter direct naar het gezicht kijken. Nieuwe ontdekkingen wijzen erop dat een gedeelte van de hersenen, de bovenste colliculus genoemd, helpt de ogen naar gezichten te bewegen, wat cruciaal is voor het leren herkennen van mensen en het begrijpen van hun gezichtsuitdrukkingen.

Lees ook:

Vandaag · 20:04

Nieuw chipapparaat gebruikt licht om cellen te inspecteren

Onderzoekers Gongchen Yu en Leor Katz toonden afbeeldingen aan apen om hun idee te testen. De afbeeldingen waren van gezichten, handen en objecten zoals fruit. Ze maten de hersenactiviteit in een deel van de hersenen, het superior colliculus. Ze ontdekten dat meer dan de helft van de hersencellen sterker reageerde op gezichten dan op andere dingen. Deze sterke reactie op gezichten gebeurde binnen 40 milliseconden, veel sneller dan de reactie op andere objecten, die tot 100 milliseconden duurde.

Het superieure colliculus ontvangt visuele informatie van het oog, maar heeft de hulp van de visuele cortex nodig om gezichten te herkennen. Dit betekent dat het colliculus belangrijke objecten aan de hersenen kan signaleren op basis van input van de visuele cortex.

Dit onderzoek helpt ons te begrijpen hoe we met anderen omgaan. Het snel kunnen herkennen van gezichten is cruciaal voor het identificeren van mensen en het interpreteren van sociale signalen. Als er problemen zijn met hoe de superior colliculus gezichten detecteert, kan dit in verband worden gebracht met aandoeningen zoals autisme.

Dit nieuwe circuit kan snel gezichten detecteren en is mogelijk van belang voor het verbeteren van gezichtsherkenningsprocessen in de hersenen. Inzicht in de werking kan helpen bij het diagnosticeren en behandelen van gezichtsherkenningsproblemen bij aandoeningen zoals autisme. Onderzoekers denken dat dit circuit bijdraagt aan de vorming van "gezichtsplekken" in de hersenen, die cruciaal zijn voor het herkennen en begrijpen van gezichten.