Deelagenda VN-klimaatonderhandelingen: ontwikkelingslanden in onzekerheid over financiering

AmsterdamTijdens de klimaatgesprekken van de VN ontbreekt in het conceptakkoord een duidelijke omschrijving van de financiële bijdragen die ontwikkelde landen aan ontwikkelingslanden zullen leveren om klimaatverandering aan te pakken. Zonder concrete bedragen heerst er twijfel over de oprechtheid van deze toezeggingen. Volgens Linda Kalcher van de denktank Strategic Perspectives kan het concept een strategie zijn, maar mist het op dit moment de nodige details. Essentiële financiële kwesties zijn nog niet opgelost, waardoor experts niet zeker weten hoeveel vooruitgang er geboekt zal worden voordat de gesprekken eindigen.

Belangrijke punten die opgelost moeten worden, zijn onder andere:

• Het totale bedrag aan beschikbare klimaatsfinanciering.
• Beslissing of financiering als subsidies of leningen wordt verstrekt.
• Overzicht van de landen die bijdragen.

Rijke landen zijn terughoudend om nieuwe financiële verplichtingen voor klimaatfondsen aan te gaan, wat duidt op de moeizame betrokkenheid van andere economische grootmachten. Tot nu toe hebben de gesprekken zich niet gericht op het vergroten van de benodigde middelen voor de overstap naar schone energie. Volgens experts is er minstens $1 biljoen nodig om afscheid te nemen van fossiele brandstoffen, aan te passen aan klimaatveranderingen en om schade door extreem weer aan te pakken.

Lees ook:

Gisteren · 11:17

Nachtelijke onderhandelingen: klimaatfinanciering voor kwetsbare landen in Bakoe

Andreas Sieber van 350.org merkte op dat het concept teveel keuzemogelijkheden openlaat, wat voor onzekerheid zorgt en politieke compromissen mogelijk maakt. Zonder specifieke toezeggingen is het moeilijk om tot een concreet klimaatakkoord te komen. Het ontbreken van financiële details kan de geloofwaardigheid van de conferentie ondermijnen, vooral omdat in voorgaande jaren vaak op het laatste moment onderhandelingen nodig waren om de akkoorden af te ronden.

Rijke en armere landen voeren een voortdurende discussie over wie meer verantwoordelijkheid moet nemen voor historische vervuiling. Rijke landen voelen steeds meer druk om hun rol in de uitstoot uit het verleden te erkennen en worden aangespoord meer financiële bijdragen te leveren aan wereldwijde klimaatfondsen. Ondertussen twijfelen armere landen of hun zorgen wel serieus worden genomen in deze cruciale gesprekken.

Deze onderhandelingen zijn zeer ingewikkeld en benadrukken de omvang van het klimaatprobleem wereldwijd. De uitkomsten hebben invloed op zowel klimaatbeleid als internationale betrekkingen en economische rechtvaardigheid. Als ontwikkelde landen geen stevige toezeggingen doen, zal het moeilijk zijn om het vertrouwen te creëren dat nodig is voor gezamenlijke inspanningen voor klimaatactie.