Genetisch onderzoek onthult verbanden tussen erfelijke neigingen en mentale gezondheidsrisico's bij jongeren

AmsterdamOnderzoekers van de Washington University in St. Louis maken gebruik van een nieuwe methode om de genetische factoren die de mentale gezondheid van jongeren beïnvloeden, te bestuderen. Ze voeren een fenome-brede associatiestudie (PheWAS) uit om de verbanden tussen genetische verschillen en diverse eigenschappen, gedragingen en omgevingen te onderzoeken. Met deze aanpak kunnen ze breed analyseren en mogelijke risicofactoren in verband met mentale gezondheidsproblemen identificeren. Hun resultaten tonen belangrijke verbanden aan tussen genetische aanleg en verschillende kenmerken.

Het onderzoek onthulde belangrijke genetische risico's.

• Neuro-ontwikkeling: Geassocieerd met ADHD, autisme, depressie en alcoholgebruik. Kenmerken omvatten onoplettendheid, impulsiviteit, schermtijd, slaapproblemen en misdaad in de buurt.
• Internaliserende Stoornissen: Verbonden met depressie, angst, PTSS en alcoholgebruik. Ervaren worden depressie, stressvolle gebeurtenissen, psychotische ervaringen en schermtijd.
• Psychotische Stoornissen: Vooral gelinkt aan schizofrenie en bipolaire stoornis, met minder fenotypes zoals minder schoolbetrokkenheid en energiedrankconsumptie.

De PheWAS-methode verschilt van traditionele Genome-Wide Association Studies (GWAS) door de volgorde om te draaien. In plaats van te beginnen met een specifieke mentale stoornis om gerelateerde genetische variaties te vinden, start men met bekende genetische variaties die aan geestelijke gezondheidsproblemen verbonden zijn en onderzoekt men hun relaties met verschillende eigenschappen of kenmerken. Deze aanpak kan risicofactoren identificeren die door andere onderzoeksmethoden over het hoofd worden gezien.

Onverwachte verbanden tussen energie drankjes en mentale gezondheid

Lees ook:

Vandaag · 16:20

Genomische sensatie: nieuwe startpunten van genactiviteit ontdekt in duizenden sojagenen

Er werden enkele verwachte verbanden ontdekt, zoals de relatie tussen ontwikkelingsrisico's en schermtijd. Er was echter ook een onverwacht verband tussen de genetische aanleg voor psychotische stoornissen en het gebruik van energiedrankjes. Deze bevindingen benadrukken de complexe relatie tussen genetica en gedrag en suggereren dat het identificeren van bepaalde gedragingen kan helpen om de risico’s op mentale gezondheidsproblemen te verminderen.

Beperkingen van de Europese genenstudie: een oproep voor inclusiviteit

Het onderzoek maakt voornamelijk gebruik van data van mensen met Europese voorouders, wat de toepasbaarheid van de resultaten op andere etnische groepen beperkt. Toekomstige studies kunnen worden verbeterd door meer diverse genetische informatie te verzamelen. Naarmate genetische studies diversere populaties omvatten, zullen de bevindingen waarschijnlijk breder toepasbaar zijn. Onderzoekers hopen dat dit werk kan bijdragen aan het ontwikkelen van strategieën om mentale gezondheidsproblemen bij jongeren te voorkomen of te verminderen door zich te richten op de meest veranderbare risicofactoren binnen verschillende groepen.