Nieuwe studie onthult verrassende vriendschappen en harige afweermechanismen van tarantula's

AmsterdamEen nieuwe studie heeft onverwachte feiten onthuld over de relaties en aanpassingen van vogelspinnen. Vaak gevreesd en verkeerd begrepen, vormen deze spinnen vaak nuttige samenwerkingen met verschillende diersoorten zoals kikkers, hagedissen en zelfs leger-mieren. De dikke beharing van vogelspinnen zou zich voornamelijk hebben ontwikkeld om hen te beschermen tegen deze roofdiermieren.

Resultaten van het onderzoek zijn onder andere:

• Eerste geregistreerde interacties tussen vogelspinnen en slangen, zweepstaartschorpioenen en hooiwagens.
• Meer dan 60 gedocumenteerde samenwerkingsverbanden tussen vogelspinnen en amfibieën uit tien verschillende landen.
• Waarnemingen van leger mieren die zowel volwassen vogelspinnen als jonge spinnen negeren.

Tarantula’s en bepaalde kikkers en padden hebben een bijzondere samenwerking. De tarantula’s laten deze amfibieën in hun nest verblijven. In ruil daarvoor krijgen de kikkers en padden bescherming tegen andere dieren, terwijl ze insecten eten die schadelijk kunnen zijn voor de eieren en jongen van de tarantula. Dit toont aan dat tarantula’s niet alleen maar gevaarlijke jagers zijn.

Onderzoek toont aan dat vogelspinnen mogelijk behaard zijn om legerzandlopermieren op afstand te houden. Legerzandlopermieren vallen veel geleedpotigen aan, maar lijken vogelspinnen te vermijden vanwege hun haren. De haren maken het moeilijk voor de mieren om de vogelspinnen te bijten of te steken.

Veel tarantula's uit de Nieuwe Wereld zijn waargenomen terwijl ze hun eizakken bedekken met speciale haren die irritatie kunnen veroorzaken. Deze haren beschermen de eieren door kleine schadelijke geleedpotigen af te schrikken. Dit wijst erop dat tarantula's zich hebben ontwikkeld om zich te verdedigen tegen roofmieren en andere insecten.

Boomtarantula's uit de Nieuwe Wereld hebben unieke manieren om aan mieren te ontsnappen. In een onderzoek in Peru zagen wetenschappers een vrouwelijke Avicularia hirschii tarantula aan een blad hangen met haar voorpoten om te ontsnappen aan naderende legionairs.

Onderzoekers suggereren dat vogelspinnen mogelijk chemische stoffen gebruiken ter zelfverdediging. Ze denken dat deze spinnen speciale klieren in hun huid hebben die stoffen vrijgeven om roofdieren op afstand te houden. Dit idee wordt ondersteund door het feit dat dieren met een sterk reukvermogen, zoals katten en honden, vaak negatief reageren wanneer ze een vogelspin ruiken.

Deze ontdekkingen laten zien dat vogelspinnen op veel verschillende manieren met andere soorten omgaan. Dit weerlegt het idee dat ze enkel en alleen angstaanjagende wezens zijn, en benadrukt hun unieke verdedigingsmethoden die zich in de loop der tijd hebben ontwikkeld.