Nieuw onderzoek: tijdstip bloedtests cruciaal voor dementie

AmsterdamOnderzoekers van de Universiteit van Surrey hebben ontdekt dat het tijdstip waarop bloedtesten worden afgenomen, een grote invloed kan hebben op de resultaten voor het diagnosticeren van dementie. Hun studie wijst uit dat de niveaus van bepaalde markers die verband houden met de ziekte van Alzheimer, zoals p-tau217, Aβ40, Aβ42 en NfL, sterk variëren gedurende de dag. Deze markers zijn in de ochtend het laagst en bereiken hun hoogste punt in de avond. Daarentegen vertoont de GFAP-marker weinig verandering gedurende de dag.

Deze ontdekking is van groot belang voor zowel diagnose als wetenschappelijk onderzoek. Het onderstreept het belang voor artsen om zorgvuldig te letten op het tijdstip van bloedafname, zodat de resultaten nauwkeurig zijn. Hieronder volgen enkele belangrijke overwegingen naar aanleiding van deze bevindingen.

• Het moment van monsterafname kan de resultaten van biomarkers beïnvloeden en heeft gevolgen voor de diagnostiek.
• Door het tijdstip van monsterafname te standaardiseren, kan de nauwkeurigheid van diagnoses verbeteren.
• Het registreren van het afnametijdstip is essentieel voor een correcte interpretatie van testresultaten.

Biomarkers zoals p-tau217 verschillen aanzienlijk afhankelijk van het tijdstip van de dag en zijn cruciaal voor de vroege opsporing van de ziekte van Alzheimer. Door de ziekte vroegtijdig te detecteren, is er een grotere kans op behandelingen die de voortgang kunnen vertragen. Inzicht in hoe deze biomarkers gedurende de dag veranderen, kan ons begrip van de voortschrijding van Alzheimer verbeteren en bijdragen aan de ontwikkeling van effectievere behandelingen.

Biomarkers en het Tijdstip: Sleutel tot Vroege Alzheimer-Detectie

Lees ook:

Vandaag · 15:53

Nieuw onderzoek: miljoenen bedreigd door stijgende zeespiegel langs zuidoost-Atlantische kust tegen 2100

Dit onderzoek benadrukt het belang van de interne klok van het lichaam, bekend als circadiane ritmes, voor het begrijpen van veranderingen in onze lichamelijke en geestelijke functies. Verstoringen in deze ritmes kunnen gezondheidsproblemen veroorzaken, zoals slaapproblemen en stofwisselingsstoornissen. Deze inzichten kunnen bijdragen aan een betere diagnose van dementie.

Deze ontdekkingen brengen nieuwe uitdagingen en kansen met zich mee op het gebied van dementieonderzoek. Het is cruciaal om te begrijpen wat de veranderingen in biomarkers veroorzaakt. Mogelijke factoren zijn slaapgewoonten, fysieke activiteit, voeding, en natuurlijke lichaamsritmes. Door deze factoren te bestuderen, kunnen wetenschappers de effectiviteit van biomarkers in de diagnose en opvolging van de ziekte verbeteren.

De studie benadrukt het belang van inzicht in circadiane ritmes, ofwel natuurlijke lichaamscycli, voor de geneeskunde. Naarmate ons begrip van deze ritmes groeit, kunnen ze waardevol zijn bij de behandeling van niet alleen dementie, maar ook andere ziekten. Het kennen van het optimale tijdstip voor medische behandelingen kan verbeteringen opleveren in bijvoorbeeld medicijntherapie en hormoongerelateerde geneeskunde. Dit onderzoek stimuleert verder onderzoek en het strategisch inzetten van timing in de gezondheidszorg.