Nieuw onderzoek: mogelijk onnodige depressie door hartmedicatie bij patiënten zonder hartfalen
AmsterdamEen recent onderzoek van de Universiteit van Uppsala wijst op een mogelijk nadeel van het gebruik van bètablokkers bij hartpatiënten met een normale hartfunctie die geen hartfalen hebben. Hoewel bètablokkers vaak na een hartaanval worden voorgeschreven om de effecten van adrenaline op het hart te verminderen, suggereren nieuwe bevindingen dat deze medicijnen bij sommige patiënten depressie kunnen veroorzaken.
Betablokkers: Twijfels over de effectiviteit bij sommige patiënten
Een eerder onderzoek in Zweden toonde aan dat betablokkers weinig bescherming bieden tegen hartaanvallen of overlijden voor bepaalde patiënten. Dit roept vragen op over de noodzaak van het voorschrijven van deze medicatie wanneer de voordelen niet duidelijk zijn. De studie in Uppsala volgde 806 patiënten gedurende vijf jaar, waarbij de helft betablokkers kreeg. Onderzoekers merkten dat patiënten die betablokkers gebruikten meer symptomen van depressie vertoonden, vooral degenen die al vóór aanvang van de studie met de medicatie waren begonnen.
Beta-blokkers lijken mogelijk niet bij iedereen die een hartaanval heeft overleefd effectief te zijn. Het is belangrijk om na te denken over wat dit betekent voor de behandeling van deze patiënten.
- Welzijn van de Patiënt: Depressie heeft een grote invloed op de levenskwaliteit. De mogelijke relatie tussen bètablokkers en depressie vereist nauwkeurige aandacht van zorgverleners.
- Herbeoordeling van Behandeling: Er is dringend behoefte om de huidige praktijk van het voorschrijven van bètablokkers aan hartaanvalpatiënten die geen risico op hartfalen lopen, te herzien.
- Alternatieve Therapieën: Met de ontwikkeling van nieuwe behandelingen is het belangrijk om alternatieven te onderzoeken die vergelijkbare voordelen voor het hart kunnen bieden zonder het risico op depressie.
Titel: Samenhang tussen Mentale Gezondheid en Hartmedicatie
Het is cruciaal om de interactie tussen mentale gezondheid en hartmedicatie te bekijken. Wanneer bètablokkers, een soort hartmedicatie, het risico op depressie verhogen en weinig voordeel bieden voor sommige patiënten, moeten artsen mogelijk de behandelingsrichtlijnen aanpassen. Het integreren van mentale gezondheidsonderzoeken in de hartzorg wordt steeds belangrijker. Het screenen van hartpatiënten op depressiesymptomen voordat bètablokkers worden voorgeschreven, kan negatieve mentale gezondheidseffecten helpen voorkomen.
Zorgverleners kunnen de kwaliteit van de zorg verbeteren door behandelplannen te evalueren en mentale gezondheidsfactoren mee te nemen. Het is cruciaal te beseffen dat behandelingen die voor sommige mensen effectief zijn, niet voor iedereen werken. Naarmate het onderzoek vordert, moeten zowel patiënten als zorgverleners goed geïnformeerd zijn over bijwerkingen en zowel de fysieke als mentale aspecten van de behandeling in overweging nemen.
De studie is hier gepubliceerd:
http://dx.doi.org/10.1093/ehjacc/zuae112en de officiële citatie - inclusief auteurs en tijdschrift - is
Philip Leissner, Katarina Mars, Sophia Humphries, Patric Karlström, Troels Yndigegn, Tomas Jernberg, Robin Hofmann, Claes Held, Erik M G Olsson. Short- and long-term effects of beta-blockers on symptoms of anxiety and depression in patients with myocardial infarction and preserved left ventricular function: a pre-specified quality of life sub-study from the REDUCE-AMI trial. European Heart Journal: Acute Cardiovascular Care, 2024; DOI: 10.1093/ehjacc/zuae112Deel dit artikel